Een leidinggevende zal regelmatig naar zichzelf moeten kijken om zich af te vragen of hij gezond kan functioneren. Zonder zelfkennis en zelfreflectie is dat lastig.
Loop regelmatig de onderstaande 5 items langs:

Verstandelijk gezond
Leiding geven wordt veelal vanuit het hoofd gedaan. We sturen vanuit  cijfers en data.
Er is meer. Hoe zit het met jouw intuïtie? Ben je gevoelig voor wat je intuïtie je ingeeft? Spreken je emoties mee in de keuzes die je maakt? Of is het vooral de ratio die het luidst spreekt? En wat dacht je van deze: ‘durf je toe te geven dat je iets niet weet?’

Lichamelijk fit
Leiderschap is topsport. Je zult veel offers moeten brengen om in je leiderschap het verschil te maken. Dit vraagt om principes en discipline. Het is erg belangrijk om fit te zijn en een gezonde levensstijl zorgt ervoor dat je het op lange termijn vol kan houden.
Het lichaam is bij veel leiders de sluitpost op de begroting en dat is zonde.

Sociaal gezond
Een gezonde leider is communicatief vaardig. Dat lijkt een vanzelfsprekendheid maar dat is het zeker niet. Hoe zit het bij jou? Geef je op een goede manier feedback? En hoe zit het met feedback ontvangen? Durf je de emoties te benoemen die je bij jezelf en bij de ander ziet? Bespreek je conflicten of loop je om de hete brij heen? Of misschien druk je conflicten wel de kop in (weet dan dat je ze niet opgeruimd hebt). Geef je jouw team de ruimte om zich individueel én als team te ontplooien?

Emotionele volwassenheid
Een gezonde leider heeft ruimte leren maken voor zijn eigen gevoel. Wat voel je in moeilijke situaties? Ben je bang, bedroefd of boos? Je kunt geen ruimte maken voor de emoties van anderen als je geen ruimte geeft aan jouw eigen emoties.  De emoties van anderen gaan namelijk vaak óók over je eigen emoties. Voor je het weet ben je té geraakt en geef je alleen vanuit je ratio leiding.

Creatief
Ik heb gemerkt dat wanneer het chaotisch druk is op mijn werk (dat kan door allerlei oorzaken: fusies, ziekte van collega’s, slechte relatie met je baas, een team wat in opstand is) ik goed ‘overleef’ door creatief te zijn. Het is verleidelijk om op de bank neer te zakken na een lange dag maar ik heb gemerkt dat als het mij lukt om creatief bezig te zijn, dat ik veel minder met mijn werk bezig ben. Ik kan het werk daardoor in zo’n periode ook beter aan. Ga (of blijf) dus vooral doen wat je leuk vindt! Ga die taart bakken, de voetbal training bedenken en geven, borduren, foto’s bewerken, een boek schrijven of wat dan ook! Leef! 

Wat denk jij wanneer je de vijf items die belangrijk zijn leest?
Wil je het delen?

Geef de 5 items een rapportcijfer:

Genoeg te bepraten lijkt mij!
Wat wil je zeggen / vragen (het eerste wat bij je opkomt)